.
Je handleiding voor wietjargon
Kun jij hasj van kief onderscheiden? En hoe zit het met het verschil tussen stoned en high? Word je wel eens een psychonaut genoemd? Hier leer je wat al deze woorden betekenen. Daarnaast behandelen we de etymologie van meer 'correcte' cannabistermen, waaronder ganja en marihuana. Vergroot je woordenschat met deze handleiding!
Met meer dan 1000 termen heeft de wietplant waarschijnlijk meer namen dan welke andere ook. Deze enorme woordenlijst danken we aan een lange geschiedenis van gebruik, onderbroken door periodes met een verbod, wat inmiddels is uitgemond in een levendige internationale wietcultuur.
Uiteraard zijn er botanische en taxonomische namen die gebruikt worden om wiet te beschrijven. In dit artikel focussen we ons echter vooral op straattaal voor wiet. Hiermee bedoelen we informele termen voor onder andere de plant zelf, de toppen, gebruikers en het genieten ervan.
Eerst behandelen we de etymologie van sleutelwoorden zoals 'cannabis' en 'ganja'. Zo krijg je een beter inzicht in de achtergrond van je favoriete kruid.
De etymologie van wiet
Etymologie draait om het bestuderen van de herkomst van woorden. Het helpt je begrijpen hoe, en waar, bepaalde termen zijn ontstaan en hoe ze mettertijd zijn veranderd. Dit onderzoeksgebied wordt met name interessant als je het betrekt op cannabis.
In veel oude culturen werd cannabis gebruikt voor holistische en industriële doeleinden. Hieruit ontstonden verschillende namen voor het kruid, die we hieronder benoemen. De populariteit van sommige termen neemt toe terwijl andere langzaam in de vergetelheid raken.
Ontdek hieronder de etymologie van de populairste bijnamen voor wiet.
Cannabis
Het woord 'cannabis' vindt zijn herkomst in een onbekend Scythisch of Tracisch woord[1]. De Scythen, een oeroud volk van nomadische krijgers die de Pontisch-Kaspische Steppe domineerden, hadden ontzag voor cannabis. Het kruid speelde een rituele rol in de Scythische 'cultus van de doden'. Tijdens deze ceremonie kwamen stamleden samen in tenten en vulden deze met cannabisrook.
De Scythische term dook in het Perzisch op als 'kanab' en vervolgens in het Grieks als 'κάνναβις' (kánnavis). Een voorbeeld waaruit blijkt dat de Grieken het cannabisgebruik van de Scythen waarnamen, is een relaas van Herodotus. Hij schreef: "... de Scythen namen wat zaden van deze hennep, kropen onder doeken en legden de zaden op gloeiende keien...'
Uit het Griekse woord ontstond later het Latijnse 'cannabis'. In 1753 gebruikte de Zweedse plantkundige Carl Linnaeus deze benaming in de botanische classificatie van de plant[2], toen hij de soort Cannabis sativa L. noemde. Maar wat betekent deze term precies? 'Cannabis' verwijst naar de plant zelf. 'Sativa' betekent 'geteeld' en de 'L' verwijst naar 'Linnaeus'.
Ganja
De term 'ganja' wordt regelmatig gebezigd in de cannabiscultuur. Je komt het tegen in tijdschriften en op pakjes met wietzaadjes. Ondanks het moderne gebruik ervan, heeft de term een oude oorsprong. Cannabis heeft een lange geschiedenis van gebruik in India, waar het nog altijd een ceremoniële rol vervult. In de Vedische geschriften van het hindoeïsme wordt het kruid omschreven als een van de vijf heilige planten met een beschermengel in de bladeren.
De Veda's zijn tussen 1500–500 v.C. opgesteld in het Sanskriet, een oeroude taal. 'Ganja' is afkomstig van het Sankriet woord 'gañjā' en verwijst naar een bereiding op basis van de plant. Het begrip komt ook voor in het Hindi, een Indo-Arische taal die afstamt van het Sanskriet, net als het woord 'gāñjā'.
Maar waarom horen we de term zo vaak? En waarom associëren mensen het met de Jamaicaanse wietcultuur? Dat is het gevolg van de culturele versmelting tussen Afrikanen en Indiërs in het Caribisch gebied. Triest genoeg vond deze vermenging van culturen plaats onder omstandigheden van slavernij. Uiteindelijk heeft dit echter geleid tot de Rastafari-beweging en hielp het cannabis verspreiden naar de westerse cultuur.
Marijuana
Marihuana, ook geschreven als 'marijuana' of 'mariguana', stamt af van het Mexicaans-Spaans. Volgens de Oxford English Dictionary vindt de term zijn oorsprong mogelijk in het Nahuatl woord 'malihuan', wat 'gevangene' betekent.
Deze uitleg kreeg echter algemene bekendheid dankzij de beruchte anti-cannabispropagandist Harry Anslinger. Deze man wilde racisme in stand houden door wiet te associëren met minderheden. Vanwege Anslingers acties tijdens de prohibitie hebben activisten ervoor gepleit om te stoppen met het gebruik van de term marihuana[3].
Maar los van de vooroordelen heeft de ware etymologie van het woord waarschijnlijk niets te maken met gevangenschap. Volgens sommige taalkundigen kan deze associatie het gevolg zijn van een toevallig homoniem. In dit geval is het goed mogelijk dat de term afstamt van de Chinese uitdrukking 'ma ren hua', oftewel 'hennepzaad bloem'.
Kush, wiet (weed) en pot
Kush, wiet (weed) en pot vallen onder straatjargon. Toch worden de termen zo overvloedig gebruikt dat ze onderdeel uitmaken van het wijdverbreide cannabislexicon. Hoewel sommige stoner-jargonwoorden redelijk gelokaliseerd zijn, worden deze drie termen door gebruikers over de hele wereld herkend. Laten we ze eens nader bekijken:
- Kush: vaak gebruiken mensen de term 'kush' om te verwijzen naar hoogwaardige wiet. Het beschrijft echter ook bepaalde wietsoorten die hun oorsprong vinden in het Hindoekoesj gebergte. Kush soorten worden vaak gebruikt als basis voor de ontwikkeling van nieuwe hybrides, vanwege hun unieke groeikenmerken, effecten en smaken.
- Pot: waarom wordt wiet in het Engels vaak ook wel 'pot' genoemd? Het heeft niets te maken met hoe je het kweekt! De term werd in de jaren 30 populair in de Verenigde Staten en komt van het Spaanse 'potiguaya'. Dit woord stamt af van 'potación', een alcoholische drank die wordt gemaakt door cannabistoppen te weken in wijn of brandewijn.
- Wiet: de term in wordt in het Engels meestal gebruikt om een ongewenste, invasieve plant (onkruid, oftewel 'weed') te beschrijven. Toch is 'wiet' een ontzettend populaire benaming voor cannabis. Gebruikers begonnen de plant 'wiet' te noemen om hun acties te verhullen. Het werd in de jaren 70 geliefd onder jongeren die onopgemerkt hun botanische hobby wilden uitvoeren. Tegenwoordig leent dit woord zich niet meer zo goed voor dit doel!
Wiet straattaalwoordenboek
Je bent nu bekend met enkele van de belangrijkste wiettermen en de oorsprong. Het lijkt ons hoog tijd voor een lange lijst met straattaal. Deze begrippen variëren van ouderwets tot modern en van gevat tot ronduit beschrijvend. We hebben ze verdeeld in verschillende secties zodat je ze makkelijk kunt terugvinden wanneer je dat wilt.
Straattaal voor de wietplant
Voor de cannabisplant bestaan er ontzettend veel namen! Als we ze allemaal zouden opnoemen, wordt het wel een heel lang artikel. Daarom hebben we ons beperkt tot een aantal van de meest populaire:
Bhang | Een Hindi woord waarmee zowel de plant zelf wordt aangeduid maar ook een drank gemaakt van cannabis, melk en specerijen. |
Bud | Het rookbare, met hars bedekte deel van de wietplant. |
Dagga | Een woord dat in Zuid-Afrika wordt gebruikt voor cannabis. Het is ook de naam van Leonotis leonurus, een mild psychoactieve plant in de regio. |
Dope | Een term die gebruikt wordt voor verschillende drugs, waaronder cocaïne, heroïne en cannabis. |
Grass | Een populair codewoord voor wiet in de jaren 60, verwijzend naar het groene uiterlijk van de plant. |
Mary jane | Een variatie op woorden die afstammen van het Spaanse woord 'marijuana'. |
Sinsemilla | Eersteklas wiettoppen die niet bestoven zijn en geen zaden bevatten. |
Reefer | Een woord met negatieve connotaties dat in de jaren 30 zijn intrede deed. Mogelijk is het gerelateerd aan het Mexicaans-Spaanse 'grifo', wat 'wietroker' betekent. |
Bhang |
Een Hindi woord waarmee zowel de plant zelf wordt aangeduid maar ook een drank gemaakt van cannabis, melk en specerijen. |
Bud |
Het rookbare, met hars bedekte deel van de wietplant. |
Dagga |
Een woord dat in Zuid-Afrika wordt gebruikt voor cannabis. Het is ook de naam van Leonotis leonurus, een mild psychoactieve plant in de regio. |
Dope |
Een term die gebruikt wordt voor verschillende drugs, waaronder cocaïne, heroïne en cannabis. |
Gras |
Een populair codewoord voor wiet in de jaren 60, verwijzend naar het groene uiterlijk van de plant. |
Mary jane |
Een variatie op woorden die afstammen van het Spaanse woord 'marijuana'. |
Sinsemilla |
Eersteklas wiettoppen die niet bestoven zijn en geen zaden bevatten. |
Reefer |
Een woord met negatieve connotaties dat in de jaren 30 zijn intrede deed. Mogelijk is het gerelateerd aan het Mexicaans-Spaanse 'grifo', wat 'wietroker' betekent. |
Straattaal voor wiettoppen
Dacht je dat het jargon daar ophield? Dat is zeker niet het geval! Hier is een lange lijst met woorden die alleen de toppen beschrijven:
Buds | De met trichomen bedekte toppen van de wietplant. |
Dank | Beschrijft hoogwaardige of uitstekende wiettoppen. |
Flower | Je leest het goed, toppen zijn in feite de bloemen, of vrouwelijke geslachtsorganen, van de wietplant. |
Nug | Door het compacte uiterlijk van wiettoppen lijken ze op nuggets zodra ze gedroogd en geknipt zijn. |
Top shelf | Een term die producten van de hoogste kwaliteit beschrijft. |
Buds |
De met trichomen bedekte toppen van de wietplant. |
Dank |
Beschrijft hoogwaardige of uitstekende wiettoppen. |
Flower |
Je leest het goed, toppen zijn in feite de bloemen, of vrouwelijke geslachtsorganen, van de wietplant. |
Nug |
Door het compacte uiterlijk van wiettoppen lijken ze op nuggets zodra ze gedroogd en geknipt zijn. |
Top shelf |
Een term die producten van de hoogste kwaliteit beschrijft. |
Straattaal voor wietgebruikers
In de afgelopen decennia hebben wietgebruikers een hoop bijnamen gekregen. Veel daarvan zijn nogal denigrerend en stereotyperend. Hier zijn enkele van de meest gebruikte:
Hippie | Iemand met een waardering voor de natuur, een natuurlijke leefstijl en hallucinogenen, vaak gezien met een joint in de hand. |
Pothead | Iemand die grote hoeveelheden wiet rookt. |
Psychonaut | Iemand die regelmatig hallucinogene middelen gebruikt, met een voorliefde voor wiet. |
Space cadet | Used to describe someone who is high so often that they are out of touch with reality,,een benaming voor iemand die zo vaak high is dat elk contact met de realiteit verloren is. |
Stoner | Iemand die regelmatig 'stoned' is door het roken van wiet. Deze term wordt inmiddels omarmd door moderne liefhebbers van het kruid. |
Hippie |
Iemand met een waardering voor de natuur, een natuurlijke leefstijl en hallucinogenen, vaak gezien met een joint in de hand. |
Pothead |
Iemand die grote hoeveelheden wiet rookt. |
Psychonaut |
Iemand die regelmatig hallucinogene middelen gebruikt, met een voorliefde voor wiet. |
Space cadet |
Een benaming voor iemand die zo vaak high is dat elk contact met de realiteit verloren is. |
Stoner |
Iemand die regelmatig 'stoned' is door het roken van wiet. Deze term wordt inmiddels omarmd door moderne liefhebbers van het kruid. |
Straattaal voor het roken van wiet
Zelfs voor het roken bestaan tal van aanduidingen. Waarschijnlijk ben je al bekend met de volgende termen:
Blazing | Wiet, hasj of extracten verbranden om high te worden. |
Hit | Het diep inhaleren uit een bong, joint of blunt. |
Sessie | Het samenkomen met andere blowers om wiet te roken, te snacken en diepzinnige gesprekken te voeren. |
Toke | Een trek nemen van een joint, spliff of pijp. |
Blazing |
Wiet, hasj of extracten verbranden om high te worden. |
Hit |
Het diep inhaleren uit een bong, joint of blunt. |
Sessie |
Het samenkomen met andere blowers om wiet te roken, te snacken en diepzinnige gesprekken te voeren. |
Toke |
Een trek nemen van een joint, spliff of pijp. |
Straattaal voor high zijn
'High zijn' is niet de enige toestand die je kunt ervaren na het roken van wiet. Hier zijn een aantal andere begrippen die je kunt gebruiken:
Baked | Beschrijft het vermoeide, lome gevoel en de honger wanneer je ongelooflijk high bent. |
Blasted | Zo high zijn dat je het gevoel hebt door de kosmos te zweven. |
Blazed | Een toestand waarin je high genoeg bent; rode ogen en alle andere symptomen. |
Blitzed | Ongelooflijk high zijn, met een grote kans op een 'green-out'. |
Stoned | Het gevoel dat je high genoeg bent, maar niet overdreven. Deze term wordt vaak gebruikt voor de meer rustgevende, ontspannen effecten die volgen na de piek van de high. |
Zonked | Een psychologische toestand opgewekt door cannabis die het midden houdt tussen wakker zijn en slapen. |
Baked |
Beschrijft het vermoeide, lome gevoel en de honger wanneer je ongelooflijk high bent. |
Blasted |
Zo high zijn dat je het gevoel hebt door de kosmos te zweven. |
Blazed |
Een toestand waarin je high genoeg bent; rode ogen en alle andere symptomen. |
Blitzed |
Ongelooflijk high zijn, met een grote kans op een 'green-out'. |
Stoned |
Het gevoel dat je high genoeg bent, maar niet overdreven. Deze term wordt vaak gebruikt voor de meer rustgevende, ontspannen effecten die volgen na de piek van de high. |
Zonked |
Een psychologische toestand opgewekt door cannabis die het midden houdt tussen wakker zijn en slapen. |
Straattaal voor wietproducten
Er bestaan duizenden verschillende soorten wiet. Op dezelfde manier zijn er ook talloze producten die afkomstig zijn van de plant. Neem onderstaande lijst door en ontdek hoeveel jij er gebruikt hebt:
Charas | Een wietextract dat wordt gemaakt door verse toppen tussen de handpalmen en vingers te rollen. |
Edibles | Eten verrijkt met wiet |
Extract | Een product dat rijk is aan de actieve bestanddelen van wiet, waaronder cannabinoïden en terpenen. |
Hasj | Een homogene massa van trichomen afkomstig van gedroogde wiettoppen. |
Kief | Gescheiden en gedroogde trichomen met een poederachtige consistentie. |
Rosin | Een wietextract gemaakt met behulp van een combinatie van hitte en druk; vaak zelfgemaakt met behulp van bakpapier en een stijltang. |
Shatter | Een breekbaar en glasachtig type extract. |
Temple ball | Een bolvormige massa van charas. |
Wax | Vergelijkbaar met shatter, maar met een wasachtige consistentie die ontstaat door een ander verhittings- en koelproces. |
Charas |
Een wietextract dat wordt gemaakt door verse toppen tussen de handpalmen en vingers te rollen. |
Edibles |
Eten verrijkt met wiet |
Extract |
Een product dat rijk is aan de actieve bestanddelen van wiet, waaronder cannabinoïden en terpenen. |
Hasj |
Een homogene massa van trichomen afkomstig van gedroogde wiettoppen. |
Kief |
Gescheiden en gedroogde trichomen met een poederachtige consistentie. |
Rosin |
Een wietextract gemaakt met behulp van een combinatie van hitte en druk; vaak zelfgemaakt met behulp van bakpapier en een stijltang. |
Shatter |
Een breekbaar en glasachtig type extract. |
Temple ball |
Een bolvormige massa van charas. |
Wax |
Vergelijkbaar met shatter, maar met een wasachtige consistentie die ontstaat door een ander verhittings- en koelproces. |
Straattaal voor rookaccessoires en parafernalia
Hoe roken stoners al deze verschillende producten? Gelukkig hebben ze een breed scala aan rookaccessoires tot hun beschikking:
Blunt | In feite een wietsigaar gerold met gedroogde tabaksbladeren, gedroogde wietbladeren of kant-en-klare blunt wraps. |
Bong | Een populair type waterpijp dat gebruikt wordt om wiet te roken, meestal gemaakt van glas of plastic. |
Bowl | Het deel van een bong of pijp waar de wiet in zit voor en tijdens de verbranding. |
Bubbler | Een kleinere versie van een bong die gebruikt wordt om rook te koelen voor zachtere trekken. |
Klapgat | Ingebouwd in de zijkanten van bongs en pijpjes, waardoor frisse lucht kan worden aangezogen. |
Chillum | Een rechte pijp die traditioneel wordt gemaakt van klei. |
Dabber | Ook wel bekend als een dab tool. Met dit stuk gereedschap kun je de dabs op de hete nail aanbrengen. |
Downstem | Een buisje dat de bowl verbindt met de binnenkant van de bong tot onder de waterlijn. |
Nail | Een component dat, wanneer het roodgloeiend is, dabs in damp omzet. |
Pijp | Een simpel rookapparaat dat een bowl, steel en mondstuk bevat. |
Joint | Een gerolde cone die gedroogde wiet bevat, soms verrijkt met concentraten. |
Rig | Een ander woord voor een bong set-up; vaak een aanduiding voor bongs die gebruikt worden voor dabbing. |
Shotgun hole | Een ander woord voor carb hole of klapgat. |
Spliff | Een gerolde cone met een mix van wiet en tabak. |
Vape | Een apparaat dat gematigde temperaturen gebruikt zodat de bestanddelen van wiet vrijkomen in een damp die je kunt inhaleren. |
Blunt |
In feite een wietsigaar gerold met gedroogde tabaksbladeren, gedroogde wietbladeren of kant-en-klare blunt wraps. |
Bong |
Een populair type waterpijp dat gebruikt wordt om wiet te roken, meestal gemaakt van glas of plastic. |
Bowl |
Het deel van een bong of pijp waar de wiet in zit voor en tijdens de verbranding. |
Bubbler |
Een kleinere versie van een bong die gebruikt wordt om rook te koelen voor zachtere trekken. |
Klapgat |
Ingebouwd in de zijkanten van bongs en pijpjes, waardoor frisse lucht kan worden aangezogen. |
Chillum |
Een rechte pijp die traditioneel wordt gemaakt van klei. |
Dabber |
Ook wel bekend als een dab tool. Met dit stuk gereedschap kun je de dabs op de hete nail aanbrengen. |
Downstem |
Een buisje dat de bowl verbindt met de binnenkant van de bong tot onder de waterlijn. |
Nail |
Een component dat, wanneer het roodgloeiend is, dabs in damp omzet. |
Pijp |
Een simpel rookapparaat dat een bowl, steel en mondstuk bevat. |
Joint |
Een gerolde cone die gedroogde wiet bevat, soms verrijkt met concentraten. |
Rig |
Een ander woord voor een bong set-up; vaak een aanduiding voor bongs die gebruikt worden voor dabbing. |
Shotgun hole |
Een ander woord voor carb hole of klapgat. |
Spliff |
Een gerolde cone met een mix van wiet en tabak. |
Vape |
Een apparaat dat gematigde temperaturen gebruikt zodat de bestanddelen van wiet vrijkomen in een damp die je kunt inhaleren. |
Straattaal voor de wietcultuur
Naarmate je jezelf dieper onderdompelt in de cultuur, kom je een myriade aan straattermen tegen die ermee verbonden zijn:
420 | Dit getal stamt af van een verhaal waar Californische studenten om 16.20 uur (4:20 pm) afspraken om een veronderstelde wietplantage te vinden. Tegenwoordig refereert het aan 20 april, wanneer stoners wereldwijd samenkomen om te roken. |
710 | Verwijst naar 10 juli, een datum waarop cannabisgebruikers wietextracten vieren ('710' lijkt op 'OIL' ondersteboven geschreven). |
Bogart | Iemand die de joint hebberig blijft vasthouden tijdens een sessie. |
Private reserve | Een benaming voor de hoogste kwaliteit gedroogde wiettoppen in coffeeshops of dispensaria. |
Safety meeting | Een codewoord voor een rooksessie. |
Sesh | Een afkorting voor 'rooksessie'. |
420 |
Dit getal stamt af van een verhaal waar Californische studenten om 16.20 uur (4:20 pm) afspraken om een veronderstelde wietplantage te vinden. Tegenwoordig refereert het aan 20 april, wanneer stoners wereldwijd samenkomen om te roken. |
710 |
Verwijst naar 10 juli, een datum waarop cannabisgebruikers wietextracten vieren ('710' lijkt op 'OIL' ondersteboven geschreven). |
Bogart |
Iemand die de joint hebberig blijft vasthouden tijdens een sessie. |
Private reserve |
Een benaming voor de hoogste kwaliteit gedroogde wiettoppen in coffeeshops of dispensaria. |
Safety meeting |
Een codewoord voor een rooksessie. |
Sesh |
Een afkorting voor 'rooksessie'. |
Zie hoe het jargon blijft evolueren
Dat waren ze dan. Nu ben je helemaal voorzien van een enorme wiet-gerelateerde woordenlijst waarop je kunt terugvallen wanneer dat nodig is. Vergeet alleen niet dat de wietcultuur zich decennialang onder de radar heeft ontwikkeld. Nu het steeds meer in de mainstream komt, zullen waarschijnlijk ook veel nieuwe woorden ontstaan. Per slot van rekening is taal altijd in beweging. Laten we zien wat de toekomst brengt!
- cannabis (n.) https://www.etymonline.com
- Science commentary: Cannabis confusions https://www.ncbi.nlm.nih.gov
- Marijuana: is it time to stop using a word with racist roots? | Cannabis | The Guardian https://www.theguardian.com