.
Hoe bescherm je je wietplanten tegen cochenille?
Een van de laatste beestjes die je op je wietplanten wilt zien, is de cochenille. Deze kleine insecten planten zich snel voort tot enorme aantallen. Ze hebben een voorliefde voor het sap van bepaalde planten en verspreiden zich snel naar ander groen. Hier lees je hoe je een cochenilleplaag kunt herkennen, voorkomen en bestrijden.
Inhoud:
- Wat is de cochenille?
- Hoe beschadigt cochenille je planten?
- Hoe verspreidt cochenille zich?
- Hoe voorkom je cochenille?
- Hoe bestrijd je cochenille?
- Voorkomen is beter dan genezen in de strijd tegen de cochenille
- Hoe verjaag je grote insecten?
- Bescherm je wiet tegen kleine insecten
- Houd je gewas vrij van hongerige dieren
Of je nu graag binnen of buiten wiet kweekt, het is mogelijk dat je op een gegeven moment met ongedierte te maken krijgt.
Een voorbeeld van zo'n plaag is de cochenille. Dit beestje doet zich graag tegoed aan het sap in plantaardig materiaal, wat planten nodig hebben om te overleven en te gedijen. De cochenille is daarmee een bijzonder destructieve plaag!
Wat is de cochenille?
Er zijn verschillende cochenillesoorten, waarvan misschien wel de bekendste de Amerikaanse schildluis is, een luis die zich hoofdzakelijk met cactusbladeren voedt. Wietkwekers kunnen echter ook maar beter vertrouwd raken met dit beestje, aangezien het vrij veel op een bekende cannabisplaag lijkt. Deze witte, pluizige schildluis vertoont namelijk een opvallende gelijkenis met de wolluis.
De Amerikaanse schildluis is inheems in de tropische en subtropische regio's van Amerika. Met behulp van hertenstaarten als borstels, oogstten de Azteken deze beestjes vroeger van de onderkant van cactussen. Met het karmijnzuur maakten ze karmijn, een rode kleurstof. De Spanjaarden brachten dit vervolgens naar Europa, waar het gebruikt werd voor het verven van kleding. Tegenwoordig wordt karmijn veel gebruikt als kleurstof voor voeding en cosmetica.
Cochenille geeft de voorkeur aan warme, droge omgevingen en zuigt de levenskracht van planten, het sap, uit de bladeren.
-
Amerikaanse schildluis
Hoewel deze soort vaak wordt verward met de wolluis, is hij minder mobiel. Zodra een vrouwtje zich vastklampt aan een plant, worden haar pootjes afgeworpen, waardoor ze niet meer weg kan. Het beestje kan zich echter snel voortplanten, wat geen goed nieuws is voor degenen die een plaag tegenkomen. Vrouwtjes kunnen tot wel duizend eitjes leggen, en de nakomelingen ontwikkelen zich supersnel en worden mobiel wanneer ze beginnen te 'kruipen'.
Hoewel ze vaak onzichtbaar blijven, zijn de mannetjes uitgerust met vleugels en dus ook mobiel.
De populatie kan zich in droge en warme condities elke vijf dagen verdubbelen! De insecten scheiden daarbij een katoenachtige substantie uit om hun eitjes te beschermen.
-
Cochenille versus wolluis en dopluis: een belangrijk onderscheid
Hoewel beide kleine insecten zijn die planten bedreigen, behoren de cochenille en wolluis tot verschillende insectenfamilies, namelijk de Dactylopiidae en Pseudococcidae. Bovendien vormt de wolluis een grotere bedreiging voor wiet, terwijl de cochenille (althans, de Amerikaanse soort) een voorkeur heeft voor de schijfcactus. Ook behouden de vrouwtjes van de wolluis hun aanhangsels, en de cochenille niet.
Dat gezegd hebbende, gebruiken sommige kwekers de termen 'wolluis' en 'cochenille' door elkaar. Hierdoor ontstaat soms grote verwarring onder telers. Desondanks lijkt het bestrijden van beide erg op elkaar.
Een ander type insect, de dopluis, wordt vaak ook op één hoop met bovenstaande beestjes gegooid. Net als wolluizen richten deze insecten zich ook op wietplanten, meestal op de stelen, waarbij ze vergelijkbare schade aanrichten.
Hoe beschadigt cochenille je planten?
Hoewel de cochenille niet echt een bedreiging vormt voor je wiet, kunnen we wel kijken naar het effect ervan op cactussen om te bepalen wat we tegen een soortgelijke aanval kunnen doen.
Om te beginnen, zuigt de cochenille het sap uit de plant en berooft het diertje de cactus zo van voedingsstoffen. Omdat de beestjes vaak in grote aantallen voorkomen, kan dit de cactusplant aanzienlijk verzwakken. Hoewel de plaag zelf misschien niet dodelijk is, heeft het waarschijnlijk wel een negatief effect op de groei en uiteindelijke kwaliteit. Dit is echter niet het enige probleem!
Om toegang te krijgen tot het xyleem, dringen ze de plant binnen met hun zuigende mondje. Net als bij een snee in je huid, betekent dit een opening voor bacteriële en virale infecties. Afgezien van dat de cactus beroofd wordt van zijn voedingsstoffen, raakt hij dus geïnfecteerd en heeft hij een verminderde weerstand om de infectie te bestrijden.
Ten slotte scheidt cochenille, net als bladluis en ander ongedierte, honingdauw af. Deze suikerachtige substantie trekt mieren, schimmels en bacteriën aan.
Gezien dit alles is het belangrijk om een plaag zo snel mogelijk te herkennen en aan te pakken. De beestjes vormen niet alleen op zichzelf een probleem, maar als je er niets aan doet, kunnen ze ook andere, nog problematischere plagen veroorzaken!
Hoe verspreidt cochenille zich?
Cochenilles kunnen relatief gemakkelijk ergens anders naartoe kruipen en zich zo eenvoudig naar planten in de buurt verplaatsen. Ze zijn echter niet goed in het omgaan met ruwe grond. Zo is grind en oneffen aarde vaak een uitdaging voor ze.
De wind speelt ook een rol bij hoe cochenilles zich van plant naar plant verplaatsen. Ze kunnen over lange afstanden worden meegevoerd. Hun haartjes vangen de wind als de zeilen van een zeilboot.
Hoe voorkom je cochenille?
Een methode om je bloeiende wiet of cactus tegen een mogelijke cochenilleplaag te beschermen is door het creëren van een bufferzone. Deze optie is met name geschikt in een buitenomgeving. Met bloemplanten als rozen kun je een vegetatieve barrière rond je wiet creëren die de invasie kan opvangen. Het is bekend dat dit werkt bij wolluis en dus mogelijk ook bij cochenille.
Naast een sierfunctie in de tuin, kun je deze verdedigingslinie van combinatieplanten regelmatig controleren om te zien of er cochenille aanwezig is voordat het je planten bereikt!
De cochenille houdt daarbij, zoals gezegd, van droge en warme klimaten. Als je deze omstandigheden dus probeert te voorkomen, kun je ook al een heel eind komen. Een te nat en vochtig klimaat is daarentegen ideaal voor andere bedreigingen, zoals schimmels. Met dat in gedachten, is het handhaven van een omgeving waarbij het vochtgehalte net ongunstig genoeg is voor cochenille, het beste.
Een andere preventiemethode is het introduceren van lieveheersbeestjes in je kweekruimte. Deze majestueuze beestjes zijn een soort lijfwachten voor je planten, omdat ze natuurlijke vijanden van de cochenille zijn. Ze bestrijden bovendien ook ander ongedierte, zoals spint.
Hoe bestrijd je cochenille?
Laten we nu eens kijken naar het bestrijden van de cochenille. Zodra dit beestje zich op je planten vestigt, begint het het sap te drinken. Dit beïnvloedt vervolgens de gezondheid en prestaties van je planten. Als je met een plaag kampt, is het allereerst belangrijk om de aangevallen planten te scheiden van de rest om verdere verspreiding te voorkomen. Zodra je dit hebt gedaan, controleer je de rest om er zeker van te zijn dat deze planten niet zijn aangevallen.
Sommige kwekers kiezen ervoor om insecticiden te gebruiken om de plaag volledig uit te roeien. De cochenille heeft echter een beschermende buitenschil die het beestje hiertegen kan beschermen. Bovendien gebruiken sommige kwekers liever geen pesticiden vanwege het effect ervan op het milieu.
Als je geen synthetische bestrijdingsmiddelen wilt gebruiken, zijn hier enkele alternatieven:
Gebruik een mengsel van alcohol of zeep. Voeg een lepel zeep toe aan een liter warm water. Het toevoegen van methanol aan dit mengsel is ook een optie. Eenmaal gemengd, breng je het als bladspray op je aangetaste planten aan. |
Het gebruik van natuurlijke vijanden is een andere goede optie. Zoals gezegd, is het lieveheersbeestje hiervoor een uitstekende keuze. Maar je kunt ook sluipwespen gebruiken, afhankelijk van of je deze in je tuin wilt. |
Een ander bruikbaar mengsel is een oplossing van tabak en zeepsop. Dit breng je op dezelfde manier aan als het andere mengsel. |
Oregano of bladeren van varens gemengd met water kunnen ook worden gebruikt om cochenille te bestrijden. |
Diatomeeënaarde is een soort sediment dat voornamelijk uit silica bestaat. Het is een volledig organisch, silicaat mineraal. Met microscopisch kleine deeltjes doorboort het de lichaampjes van ongedierte, waardoor de beestjes sterven door uitdroging. Het werkt dan ook als een niet-vervuilend bestrijdingsmiddel. Eén ding om op te letten is dat het zure grond kan neutraliseren, wat misschien niet optimaal is als je wiet kweekt. |
Een mengsel van kaliumzeep en neemolie is een ander milieuvriendelijk bestrijdingsmiddel. Het kan zowel plagen voorkomen als uitroeien, waardoor het in meerdere situaties nuttig is. Azadirachtine, een verbinding die in dit mengsel zit, voorkomt dat larven de volwassen levensfase betreden. Het stopt daarmee de voortplanting. Bovendien wordt de nuttige tuinfauna, waaronder lieveheersbeestjes, niet geschaad. En het werkt ook als een fungicide en helpt bij problemen als echte meeldauw. |
Voorkomen is beter dan genezen in de strijd tegen de cochenille
Een cochenilleplaag kan ongelooflijk schadelijk zijn voor een cactus, zoals wolluis dat is voor wiet. Net als met alle plagen, is het voorkomen ervan de beste manier om je planten te beschermen. Maatregelen als een bufferzone en neemolie helpen daarbij om een grote plaag te stoppen. Combineer dit met de introductie van nuttige fauna, en hopelijk blijft je kweek ongediertevrij!
Er is echter altijd een kans dat er toch iets door de verdedigingslinie glipt. Dit is ook de reden waarom regelmatige controles zo belangrijk zijn. Je wilt een eventueel probleem zo vroeg mogelijk constateren. Als je een plaag ziet, handel dan snel en wees niet bang om grondig te werk te gaan. Als je het ongedierte zo snel mogelijk bestrijdt, hebben jij en je planten uiteindelijk zo min mogelijk stress.